Buitenbeentje... Fietsbestemming: het grootste bos van Zeeland

Die weermannen (en -vrouwen) toch... Weeral zitten ze er grandioos naast met hun voorspellingen: de regen heeft andere oorden opgezocht zodat wij - weliswaar met de nodige bewolking - ons nogmaals kunnen verheugen op een mooie fietstocht.


Opnieuw peddelen we over de Brouwersdam, maar deze keer in de richting van Schouwen-Duiveland. Eerste stop: Renesse. 's Winters is het een slaperig dorpje, maar eenmaal de zomermaanden zich aandienen, ondergaat Renesse een ware metamorfose. Al ruim honderd jaar geleden deed het toerisme hier zijn intrede en het mag dan ook geen verrassing zijn dat je hier alles vindt wat de hedendaagse toerist op zijn/haar verlanglijstje heeft staan: van campings tot hotels, van cafeetjes tot restaurants, van familiestranden tot natuurgebied,... Er is zelfs een heus transferium met gratis plek voor zo'n 900 wagens en een shuttleservice. Mochten ze dit idee nu ook eens naar de Belgische kust kunnen halen...


Tussen Renesse en Burgh-Haamstede duiken we al een keertje de natuur in: het fietspad slingert zich door de Vroongronden, een oud zandverstuivingslandschap. De graslanden werden eeuwenlang gebruikt om vee te weiden. Vandaag is het een klein, maar fijn gebied met grote poelen. Kikkers krijgen we niet te zien/horen, maar we spotten wel een paar grasmaaiers. Er lopen hier immers twee paardenrassen, shetlanders en exmoorpony's. Beide gedijen goed op de schrale gronden en ze zorgen met hun geknabbel voor een grotere diversiteit. En ze nemen hun taak bijzonder ernstig... er wordt ons geen blik waardig gegund.


Dan even terug naar de bewoonde wereld. We fietsen achtereenvolgens door de rustige wijken van Haamstede en Burgh, twee dorpen die in de jaren 1960 zo naar elkaar waren toegegroeid dat ze sindsdien het tweelingdorp Burgh-Haamstede vormen. Dit is eveneens een populaire badplaats met voor elk wat wils. Gelukkig ook hier geen hoogbouw of ellenlange promenades, wel 17 kilometer strand dat op sommige plekken honderden meters breed is. Dit stukje Nederland zou trouwens de meeste zonuren per jaar hebben... Jammer genoeg heeft het zonnetje vandaag een dagje vrij.


En dan bereiken we eindelijk ons doel van dit tochtje: de Boswachterij Westerschouwen. Samen met de Vroongronden, de Meeuwenduinen, de Zeepeduinen en de Verklikkerduinen maken ze deel uit van het Natura 2000-gebied Kop van Schouwen.
Boswachterij Westerschouwen is het grootste bos van Zeeland, ruim 330 hectare groot. Tot zo'n 100 jaar geleden was er hier nog geen boom te zien, het was één grote stuivende zandvlakte. Men begon toen met het aanplanten van helmgras en dennen. 
Het gaat duinheuveltje op en duinheuveltje af. Plezant! Soms ligt er wel een flink pak zand op het fietspad... Tja, die duinen gaan hier nogal eens graag wandelen.




Zo bereiken we de zuidkust van Schouwen. We fietsen voorbij de buurtschap Burghsluis (in Vlaanderen spreken we van een gehucht). Bij de paar huizen hoort ook een haven, vroeger voor de visserij, vandaag eerder voor de pleziervaart. 



We fietsen verder langs de Oosterschelde en niet veel verder treffen we de Plompe Toren, de enige herinnering aan het verdronken dorp Koudekerke. Eind 15de eeuw lag de zeedijk van Schouwen nog ruim drie kilometer verderop in de Oosterschelde. Koudekerke was één van de veertien welvarende dorpen die doorheen de tijd verzwolgen werden door het water. 
Van deltawerken was toen nog helemaal geen sprake en tijdens woeste stormen beukten de golven tegen de dijk. Soms sloeg een dijk weg of werd hij beetje bij beetje ondermijnd. Als men het gevaar zag aankomen, legde men landinwaarts een "reservedijk" of inlaagdijk aan. De huizen werden steen voor steen afgebroken en verhuisd. In die tijd was recyclage van grondstoffen immers een noodzaak. Wanneer de zeedijk dan ook effectief doorbrak, gingen vruchtbare poldergronden verloren. Op die manier werd aan de zuidkust van Schouwen zo'n 3500 hectare land door de zee verzwolgen. 
Ook de kerken van de dorpen werden meeverhuisd. Alleen in Koudekerke liet men de kerktoren staan als baken voor het scheepsverkeer. 


Natuurmonumenten, de Nederlandse tegenhanger van Natuurpunt, heeft de Plompe Toren als onthaalpoort voor het natuurgebied  Koudekerkse Inlaag ingericht en je kan de 23 meter hoge toren beklimmen om te genieten van het uitzicht. Onderweg naar boven leer je meer over de geschiedenis van dit stukje Schouwen-Duiveland. 


De Oosterschelde houdt ons nog even gezelschap tot de Schelphoek, een natuurgebied in de buurt van Serooskerke. De Schelphoek was tot de watersnood van 1953 een buurtschap, nu is het krekengebied een stille getuige van die noodlottige nacht. Veel fantasie heb je niet nodig om je voor te stellen hoe verwoestend de kracht van het water kan zijn.


Serooskerke is het punt waar we terug de polderweggetjes opzoeken. Langs één van die typische kanalen krijgen we nog een mooi stukje onverhard parcours onder de wielen. Het is hier nu al zo heerlijk, wat moet dat in de zomermaanden niet zijn. Voor we het weten, staan we terug aan de Brouwersdam en zetten we de laatste kilometers in. Het heeft weer deugd gedaan!


Praktische info:
vertrek: Port Zélande/Brouwersdam, Ouddorp
afstand: 44 km - lus - vlak
mijn persoonlijke scores: algemeen 8,5/10 (half bewolkt, 6°C, 5 tot 6Bft) - stilte 8,5/10

Route op het fietsnetwerk "Zeeland".
Knooppunten: (51) - 84 - 76 - 75 - 74 - 73 - 72 - 70 - 71 - 81 - 80 - 82 - 83 - 85 - 84 - (51)
De fietsnetwerken krijgen regelmatig een update. Check daarom voor je vertrekt een routeplanner zoals  RouteYou of Nederland Fietsland Routeplanner.

Veel bankjes. Horeca o.a. in Renesse en Burgh-Haamstede. 

Naast een routeplanner vind je op Nederland Fietsland heel wat kant-en-klare routes op het knooppuntennetwerk of de LF-routes.

© 2022 Bouncing Kate - Alle rechten zijn voorbehouden.


Reacties

Populaire posts