Buitenbeentje... per fiets op ontdekking in Katharenland
Beetje bij beetje ontdekken we Frankrijk. Deze keer was ons doel Homps, een dorp in het Zuid-Franse departement Aude. Van daaruit ontdekten we deze regio, voornamelijk per fiets. Dit departement is (nog) een pak minder toeristisch dan andere, zeker als je net als wij kiest voor het binnenland en niet voor de kuststreek. Toch valt er heel wat te zien en te beleven: kastelen, abdijen, middeleeuwse stadjes, werelderfgoed, ... te veel om in twee weken te ontdekken, maar we hebben toch ons best gedaan.
Frankrijk heeft de laatste jaren veel inspanningen geleverd om het leven van de fietsende medemens aangenamer te maken. Daar zit de opkomst van de ebike voor veel, zoniet voor alles tussen. De dagen dat toeristen enkel kwamen zonnebaden op de stranden zijn voorbij; wie komt, wil ook wat zien en beleven. Wij kunnen echter getuigen: er is nog veel werk aan de winkel, maar ze zijn op goede weg.
Elk van onze fietstochten tot in detail beschrijven zou maar saaie lectuur zijn, maar onze top 3 wil ik toch graag meegeven. Hier gaan we...
1/ Canal du Midi
Sinds 1996 prijkt dit kanaal met zijn vele (trap)sluizen, aquaducten, tunnels en overlopen op de Unesco Werelderfgoedlijst. Sinds de 17de eeuw verbindt het Toulouse met Sète, zo'n 250 kilometer verder.
Dit traject maakt deel uit van de langeafstandsfietsroute Le Canal des 2 Mers, want vanuit Toulouse kan je verder fietsen naar Bordeaux (Canal de Garonne) om uiteindelijk te belanden in Royan (estuaire de la Gironde). Dan ben je meteen goed voor 750 kilometer.
Zo ver reiken onze ambities (nog) niet en wij deden een paar heen-en-terug etappes, meer bepaald van Homps (onze uitvalsbasis van deze vakantie) tot Millegrand en van Homps naar Le Somail. Dit lijken niet zo'n lange routes, maar voor ons waren dit heen-en-terugjes. Bovendien valt er veel te zien onderweg, dus ben je al gauw per etappe een dagje zoet.
Jammer genoeg werden/worden de kenmerkende platanen langs het kanaal stelselmatig gekapt. Die werden immers aangetast door een schimmel waarvoor geen andere remedie bestaat. Hou er dus rekening mee dat er op zonnige dagen op veel plekken weinig schaduw is doordat de nieuw aangeplante bomen nog wat jaartjes groeien voor de boeg hebben.
Meer info: France Vélo Tourisme. Ook een rondrit langs de dorpen aan het kanaal is meer dan de moeite. Wij deden er eentje die we terugvonden op Tourisme Corbières Minervois - Au fil du Canal.
2/ PassaPaïs
Een Voie Verte staat altijd garant voor een leuke én autovrije fietstocht. Dit is voor deze niet anders: je vindt de PassaPaïs in het Parc naturel régional du Haut-Languedoc. Hij werd aangelegd op een oude spoorlijn die Bédarieux (departement Hérault) en Mazamet (departement Tarn) verbindt en is goed voor net geen 80 kilometer. Voor wie graag nog wat meer fietskilometers heeft: de PassaPaïs maakt deel uit van de Véloccitanie, een fietsroute van 200 kilometer die het Canal du Midi met Béziers verbindt.
Plan was om deze voie verte in twee etappes te doen met als vertrektpunt Saint-Pons-de-Thomières. Daar vind je immers een gigantische parking waar je direct op het fietspad kan vertrekken (rue de la Gare, volg de pijlen "parking Voie Verte", ook geschikt voor campers). De weergoden hebben echter beslist dat we tijdens ons verblijf maar een (groot) deel van de eerste etappe hebben kunnen doen, meer bepaald van Saint-Pons-de-Thomières naar Sauveterre (en terug uiteraard). Ondanks de wind, het grijze weer en het gemiezer af en toe... een feestje! Voorzie buiten het seizoen je eigen proviand, want onderweg valt er weinig te rapen. Ook voor een bezoek aan de grotten in Courniou bijvoorbeeld, ben je - behalve in het hoogseizoen - beperkt in bezoekmogelijkheden. Maar de bosrijke omgeving, de spoorwegbruggen en vooral de spoorwegtunnels zijn sowieso dé attracties van deze route. En als je geluk hebt (zoals wij), krijg je misschien mouflons te zien.
Kiezen is verliezen... blijkbaar is het de andere kant op nóg mooier, met als sterattractie het middeleeuwe dorp Olargues. Dat staat dus met stip genoteerd voor onze volgende verblijf in de regio.
Meer info over PassaPaïs vind je o.a. op Office de Tourisme du Minvervois au Caroux.
3/ Eurovelo 8 La Méditerranée - etappe Gruissan / Île de Sainte-Lucie
De langeafstandsroute EV8 La Méditerranée is 7.350 kilometer lang en loopt door 10 landen, van Càdiz tot Athene. Wellicht zijn er sportievelingen die de hele route al gereden hebben, maar wij beperken ons tot een klein, maar zeer mooi stukje.
We vertrekken net buiten Gruissan, een oud vissersdorp gelegen midden in de zoutmeren. Een grintpad naast het Etang de Gruissan en het Canal de Sainte-Marie brengt ons naar de eigenlijke EV8-route. Onze etappe verloopt vanaf daar op het jaagpad van het Canal de la Robine, met zijn 6 sluizen het kleine broertje van het Canal du Midi waarvan het een soort zijtak is. Naarmate we het Île de Sainte-Lucie naderen, wordt het jaagpad smaller... en smaller... en bovendien ook een pak hobbeliger. Aan de ene kant zien we steeds het kanaal, aan de andere kant eerst zoutpannen, daarna het Etang de l'Ayrolle. We rijden een beetje als Mozes met aan beide kanten water op een strook van amper een paar meter breed. Maar wat een ervaring! Onderweg zien we flamingo's en worden we getrakteerd op ruisend riet, vogelgekwetter en zalige stilte. Île de Sainte-Lucie is een natuurreservaat en je kan het enkel te voet of per fiets bereiken. Ter hoogte van de sluis kan je inpikken op één van de twee wandelingen (lussen) in het gebied, eentje van 3 kilometer en eentje van 7 kilometer. Ook het vermelden waard: de Refuge Littotal du Domaine de Sainte-Lucie, ooit een klooster, maar vandaag een herberg waar je als wandelaar, fietser of natuurliefhebber terecht kan voor een eenvoudig onderkomen. Een heel mooi plekje.
Achteraf slenterden we even door Gruissan. In het oude dorp staan alle huizen in een cirkel rond het 13de eeuwse kasteel waarvan vandaag alleen nog de Tour Barberousse overeind staat. Zeer gezellige plek met smalle straatjes, authentieke cafés en een paar winkeltjes. Er hoort ook een badplaats bij Gruissan die in de jaren 1960 werd ontwikkeld. Niet dat we het met eigen ogen hebben gezien, maar dat zou minder punten scoren op de charmeschaal. Ik vermoed dat je het een beetje kan vergelijken met Nieuwpoort en Nieuwpoort-Bad.
Tocat per la tramuntane
Wie in deze regio in het voorjaar gaat fietsen: wees voorbereid op wind, veel wind. Die wind heeft ook een naam: de Cers (of de Tramuntane). Het is een droge noordwestenwind met windstoten die vrij hevig kunnen zijn. Hij waait zo'n 200 dagen per jaar in de Aude, dus de kans dat je ermee te maken krijgt, is vrij groot. Als je weet vanuit welke hoek de wind waait (letterlijk en figuurlijk), dan kan je je route in die zin aanpassen.
Wij hebben er 101 dingen gezien die maken dat we zeker teruggaan naar deze streek. Een schitterend stukje Frankrijk!
Praktische info:
Als je met een navigatie-app werkt en je neemt de gpx over van een Franse site, controleer dan zeker de route. Zelf ondervond ik dat die routes al wel eens een foutje bevatten (wellicht te wijten aan andere basiskaarten).
© 2025 Bouncing Kate - Alle rechten zijn voorbehouden.
Reacties
Een reactie posten