Buitenbeentje... de Hoge Venen op zijn best

Als kind leerde je het al in de les aardrijkskunde: het Signal de Botrange in de Hoge Venen is met zijn 694 meter het hoogste punt van België. Tot mijn schande moet ik toegeven dat ik me niet kan herinneren er ooit te zijn geweest... Hoogste tijd dus om daar verandering in te brengen!


In de brochure "Plezierwandelingen" van Tourisme Ostbelgien vind ik "La Grande Ronde des Fagnes", een bewegwijzerde wandelklassieker die ons door het onherbergzame landschap zal loodsen.


De grote meutes coronawandelaars van deze winter zijn gelukkig verdwenen... Op een paar andere auto's na is de parking zo goed als verlaten. Tja, waar de sneeuw en de bijhorende idyllische plaatjes vorige winter als een magneet de mensen aantrokken, doet de grijze lucht van vandaag dat allesbehalve. En toch zijn het net die dreigende wolken die de ruigheid en de desolaatheid van dit gebied benadrukken. Een gebied waar de winter maar liefst acht maanden duurt... Niet echt mijn natuurlijke habitat dus, maar ik sta wel te popelen om al die natuurpracht te ontdekken.


We steken de straat over en wandelen op de brandgang tussen de heide en het bos langs de Fagne Wallonne, een beschermde zone van categorie C (wat betekent dat je er alleen in mag onder begeleiding van een erkende natuurgids). De Hoge Venen zijn immers één van de meest ongerepte stukjes natuur in België en herbergen een schat aan dieren en planten. Eentje ervan is de bedreigde korhoen en die krijgt in deze tijd van het jaar alle ruimte. Op die manier hoopt men dat deze soort hier een overlevingskans krijgt.


De eerste vlonderpaden komen in zicht. Waar we eerst nog even naast een omheining stappen, komen we al snel aan het kilometerslange open pad dat het veengebied Les Wéz doorkruist. Of "doorzweeft" is misschien een beter woord, want je stapt hier boven de (op dit moment zeer) waterrijke turfgrond. Deze vlonders zijn trouwens aangelegd op de plek van een oude Romeinse weg die in de Middeleeuwen door de venen liep, de Via Mansuerisca. De panorama's zijn hier fenomenaal, al helemaal met de dreigende onweerswolken in de verte.


Bij Baraque Michel kruisen we opnieuw de baan en we pauzeren even bij de Fischbachkapel, gewijd aan Onze-Lieve-Vrouw-van-Bijstand. Tot midden 19de eeuw werd er hier iedere nacht een lantaarn in het torentje aangestoken om zo als baken te dienen voor verdwaalde reizigers.



Een weggetje door een jong aangeplant bos brengt ons naar de Fagne de Poleûr en we krijgen nog meer vlonders onder onze voeten. Plots staan we aan een veldje met allerhande meteorologische meettoestellen... Niet toevallig, want we staan in de achtertuin van het Station Scientifique Hautes Fagnes de l'Université de Liège. Zo weten we meteen waar Frank Deboosere en collega's hun mosterd halen (bij wijze van spreken natuurlijk).



Hoe ruig het er hier nu ook uitziet, in een niet al te ver verleden was dat helemaal anders. Zo'n 2000 jaar geleden was het hier grotendeels bedekt met loofbomen met hier en daar een pluk veen. Tijdens de middeleeuwen begon men de bossen te ontginnen. Kaalkap, begrazing en akkerbouw veranderden het landschap zeer ingrijpend. En al helemaal toen men in de 19de eeuw sparren begon aan te planten. En vandaag wordt er weer op een heel andere manier met de natuur omgegaan.


We botsen opnieuw op een autoweg en even krijg ik een Route 66-gevoel. Het is dan ook hallucinant om in België een baan zonder wagens te zien. 
Voor ons ligt een breed aarden pad met de nodige plassen als extraatje. Al gauw blijkt dat deze modder niet zo onschuldig is als hij eruit ziet. We lopen hier immers over verraderlijke veenbodem. Als de grond ons net iets te veerkrachtig wordt, besluiten we om via de bermen met veengras onze weg te zoeken. Na ons komt een jong stel aangestapt en we krijgen een meewarige blik toegeworpen... "Zie, de oudjes durven niet verder". Waarop de mannelijke helft van het gezelschap zeer gezwind tot aan zijn knie in een modderput zakt. De vriendin stelt voor om ook de bermen op te zoeken, maar zo snel geeft hij zich niet gewonnen. Nog geen meter verder zakt hij met zijn andere been in de bruine smurrie... Deze keer tot ver boven zijn knie. En het is niet evident om uit die put te geraken... Dan toch maar de bermen, je weet wel, waar die oudjes lopen.




Veel oog voor de omgeving hebben ze niet, want al gauw zijn ze uit het zicht verdwenen. Ik kan het echter niet laten om regelmatig stil te staan en om me heen te kijken. Geloof me, op dit stukje hou je best je onverdeelde aandacht bij je voetwerk of bij de omgeving.
We naderen de rand van het bos en een klein stukje verder staan we terug op de parking. Ondertussen heeft het onweer ons ingehaald en we zitten net in de auto als de hemelsluizen opengaan.


We hebben echter nog een klein wandelhongertje en zakken nog even af naar het Meer van Bütgenbach. Kwestie van er nog een paar kilometertjes aan te breien... Een ideale afsluiter van een schitterend dagje en een unieke ervaring!


Vertrek : parking Signal de Botrange of eventueel parking Baraque Michel (gratis parkeren)
Afstand : 8,7 km - lus - zo goed als vlak - opgelet bij of na regenweer!
Mijn persoonlijke scores : algemeen : 9,5/10 (bewolkt met regenbuien, 11°C, 3 Bft) - stilte 9/10

De route werd bewegwijzerd door Toerisme Wallonië. Alle info kan je o.a. terugvinden op Toerisme Ostbelgien.
Zoek naar bordjes met een blauwe rechthoek en het logo van bosbesen. Er zijn ook andere (kortere) bewegwijzerde routes of je kan deze route met zijwegjes uitbreiden. Honden zijn op deze route niet toegelaten.
Een enkel bankje. Horeca.aan Signal de Botrange en Baraque Michel.

© 2021 Bouncing Kate - Alle rechten zijn voorbehouden.

Reacties

Populaire posts